Constanten

   

Soms komt het voor dat uw programmacode veel constante waarden bevat die vaak voorkomen of dat uw programmacode afhankelijk is van bepaalde getallen die moeilijk te onthouden zijn en geen duidelijke betekenis hebben. Met behulp van constantenkunt u uw programmacode beter leesbaar maken. Een constante is een betekenisvolle naam die in de plaats van een vast getal of een vaste tekenreeks komt. U kunt een constante niet wijzigen of een nieuwe waarde aan een constante toewijzen, zoals dat bij een variabele kan.

Er zijn drie typen constanten:

Intrinsieke constanten, of door het systeem gedefinieerde constanten, worden door toepassingen en besturingselementen gedefinieerd. Andere toepassingen met objectbibliotheken, zoals Microsoft Access, Microsoft Excel, Microsoft Project en Microsoft Word, bevatten ook lijsten van constanten en bijbehorende objecten, methoden en andere eigenschappen. In de Object Browser bevindt zich een lijst van constanten voor afzonderlijke objectbibliotheken.

De constanten van Visual Basic zijn opgenomen in de typebibliotheek van Visual Basic for Applications (VBA) en Data Access Object-bibliotheek (DAO).

Opmerking Visual Basic herkent ook constanten van toepassingen die in vorige versies van Visual Basic of Visual Basic for Applications zijn gemaakt. U kunt uw constanten bijwerken tot de constanten in de Object Browser. U hoeft in uw toepassing geen constanten te declareren die in de Object Browser zijn opgenomen.

In vorige versies van Visual Basic werden namen van constanten meestal met hoofdletters en onderstrepingen weergegeven. Bijvoorbeeld:

TILE_HORIZONTAL

Intrinsieke constanten worden nu gekwalificeerd, dat wil zeggen dat ze van een aanduiding worden voorzien. Hierdoor wordt voorkomen dat constanten die zich in verschillende bibliotheken bevinden maar dezelfde naam hebben, met elkaar worden verward. Namen van constanten kunnen op twee manieren worden gekwalificeerd:

Constanten via een voorvoegsel kwalificeren

De intrinsieke constanten die in alle objecten voorkomen, worden in een combinatie van kleine letters en hoofdletters weergegeven en zijn voorzien van een voorvoegsel van twee tekens dat aangeeft door welke objectbibliotheek de constante wordt gedefinieerd. Constanten uit de objectbibliotheek van Visual Basic for Applications worden voorafgegaan door het voorvoegsel "vb" en constanten uit de objectbibliotheek van Microsoft Excel worden voorafgegaan door het voorvoegsel "xl". In de volgende voorbeelden kunt u zien hoe voorvoegsels voor extra besturingselementen, afhankelijk van de typebibliotheek van elkaar kunnen verschillen,.

Constanten via een bibliotheekverwijzing kwalificeren

U kunt de verwijzing naar een constante ook op de volgende manier kwalificeren:

[biblnaam.] [modulenaam.]constname

De syntaxis van kwalificerende constanten bestaat uit de volgende onderdelen:

Onderdeel Beschrijving
biblnaam Optioneel. De naam van de typebibliotheek die de constante definieert. Voor de meeste aangepaste besturingselementen (niet beschikbaar op de Macintosh)is dit ook de klassenaam van het besturingselement. Als u de klassennaam van het besturingselement niet meer weet, plaats dan de muisaanwijzer boven het besturingselement in de werkset. De klassennaam wordt dan in de ToolTip weergegeven.
modulenaam Optioneel. De naam van de module binnen de typebibliotheek die de constante definieert. Met behulp van de Object Browser kunt u deze naam vinden.
constname De naam die in de typebibliotheek voor de constante is gedefinieerd.

Bijvoorbeeld:

Threed.LeftJustify